Een terrorist die klaar is voor de toekomst is digitaal actief. Het is dan ook geen geheim dat IS digitaal gezien zeer goed is georganiseerd. Ze beschikken over de meest recente kennis en zijn in staat om met deze kennis digitaal dusdanig veel schade te veroorzaken, dat onze fysieke wereld ernstig in de problemen komt. Allereerst is het redelijk om te veronderstellen dat de terrorist van de toekomst de reeds genoemde technologieën stuk voor stuk in het vizier heeft. Los daarvan bespreek ik enkele ‘wapens’ die onze aandacht verdienen.
- Internet of Things hacks
- 3D-printers printen wapens
Internet of Things hacks
Zo’n beetje alles zal met elkaar worden verbonden: auto’s, woningen, lampen, fabrieken en lantaarnpalen. Signalen worden over en weer verzonden en apparaten reageren op elkaar. Zo gaat jouw garagedeur nu al open als de auto in de buurt is, maar in de toekomst zal het koffiezetapparaat een week voordat hij kapotgaat worden vervangen. Als het regent, rijden er automatisch meer zelfrijdende bussen in de stad. In de nieuwe wereld hebben we een slimme koelkast die op het juiste tijdstip de juiste producten bestelt. Inmiddels kan ik mijn Tesla van een afstand bekijken, van dezelfde afstand laten toeteren of het dakraam ervan openen.
Het Internet of Things (IoT) maakt het dagelijkse leven makkelijker en efficiënter, maar ook zorgwekkender. Vliegtuigen zijn al verbonden met het IoT. Ze staan onder andere in contact met satellieten. Een hacker liet zien dat hij de satellietdata van het vliegtuig eenvoudig kon veranderen om het vliegtuig zo de andere kant op te sturen. Het device dat hij daarvoor nodig had, kostte nog geen duizend euro. Ook grote fabrieken en energie- en kerncentrales kunnen het doelwit worden. In 2010 werd een nucleaire fabriek stilgelegd door een cyberaanval. Een andere cyberaanval zorgde voor een explosie in een Duitse staalfabriek. In Japan hebben in 2014 bijna 1300 cyberaanvallen plaatsgevonden. Dit is een stijging van 200% ten opzichte van het jaar daarvoor. Producenten als Siemens en General Electric krabben zich achter hun oren en vragen zich af hoe ze de vele verbonden systemen kunnen beveiligen. Een antwoord is er nog niet. In een wereld waar in 2020 ruim vijftig miljoen apparaten met elkaar zijn verbonden, zal de terrorist van de toekomst zich comfortabel voelen. Een eenvoudige hack kan immers zorgen voor een catastrofe.
3D printers printen wapens
Inmiddels printen we zo’n beetje alles uit met kleine en intelligente 3D-printers: huizen, auto’s en gebouwen. Straks ook voedsel en zelfs ledematen. Bioprinters zijn al in staat om levende cellen – dus organen – uit te printen. De terrorist van de toekomst hoeft grote en kleine wapens niet meer over de grenzen te smokkelen. Na het opstarten van een iTunes-achtige database vindt hij ieder model dat past bij het doel van de aanslag die hij in gedachten heeft. Van nanowapen tot laserraket. In de toekomst zal alles met een druk op de knop worden geprint en daarna eenvoudig worden gemonteerd.
Conclusie: hoofdpijn en irritatie
Ik krijg hier hoofdpijn van en ik erger me eraan. Als trendwatcher en futurist ben ik ook werkzaam voor Nederlandse en buitenlandse veiligheidsdiensten. In dit artikel zal ik niet in detail treden, maar ik wil wel een aantal conclusies delen.
Traagheid en burocratie
De traagheid van de politiek, defensie en andere veiligheidsdiensten is kenmerkend. Het werkt terrorisme in de hand. Een aardige metafoor: de IS-terrorist schaft snel en gemakkelijk drones aan, die hij binnen enkele weken kan inzetten voor operaties. Terwijl de eerste aanslagen hiermee werden gepleegd, waren de overheidsdiensten in meerdere commissies aan het overleggen over de haalbaarheid van de inzet van dronetechnologie. We zijn niet wendbaar en flexibel genoeg. De huidige organisatie past niet meer bij de behoeften van de toekomst.
Chinese muren
In Nederland, maar ook in Europa, zien we grote Chinese muren tussen de defensieonderdelen. Er wordt niet samengewerkt of gedeeld. Zo zien we al jarenlang muren tussen landmacht, luchtmacht, politie en inlichtingendiensten en er wordt op internationaal niveau vrijwel niet samengewerkt, met betrekking tot de exponentiële versnelling op het gebied van organisatie en technologie. Daarnaast leveren rangen en standen problemen op in militair-gestuurde organisaties. Zo kan een onderofficier een officier de les lezen, omdat hij of zij meer kennis heeft over technologie. Maar de officier is hier vaak niet van gediend.
Frustratie bij defensie medewerkers
Nog frustrerender is de muur die wordt opgetrokken door de overheid. Een generaal die weet waarover hij het heeft, wordt simpelweg niet gehoord door ambtenaren die samen met de staatssecretarissen en ministers zorg moeten dragen voor de veiligheid van ons land. Het nationaal bestuur heeft werkelijk geen idee hoe ze om moeten gaan met de exponentiële veranderingen die technologie de krijgsmacht gaat brengen.
Klein groepje, grote toekomst
Het groepje mensen dat bezig is met veiligheid van de toekomst is zo klein, dat je hen bijna niet kunt zien. Terwijl juist de toekomst bepalend is voor de manier waarop we voortaan veilig moeten kunnen leven. Terwijl deze bijna onzichtbare groepjes alleen elkaar verrijken, worden pas nu de eerste stappen gezet op het gebied van open innovatie. Waarom alles zelf bedenken als de Europese of Nederlandse burger of specialist mee kan denken? Het resultaat zal honderd keer beter zijn als we de collectieve intelligentie gebruiken.
Defensie kan het niet
Onze huidige defensieorganisaties zijn niet gemaakt om te veranderen. Ze zijn gemaakt om iedere dag dezelfde dingen te doen. Het is op zich prima om met deze organisatie de lopende zaken af te handelen. Deze organisatie helpt ons echter niet om heel snel een volgende stap te zetten. Om dat te realiseren, moeten we naast de bestaande organisatie ‘futurelabs’ neerzetten met de juiste cultuur, mensen, netwerk en mindset. Dit geldt niet alleen voor defensie en politie, maar ook voor ministeries en ambassades. Het kan niet meer op de oude manier. IS-terroristen zijn flexibeler; ze bestuderen het probleem, zetten binnen een korte periode een organisatie neer met de beste specialisten en lossen het probleem op. In een wereld waarin de ontwikkeling van de technologie bijna sneller gaat dan het licht is deze werkwijze het effectiefst.
Er is op korte termijn geen hoop
In mei van dit jaar is op Europees niveau afgesproken dat er een speciale Europese ‘task force’ komt die zich buigt over dit probleem. Nu doen lidstaten dit los van elkaar en deze werken vooralsnog lekker langs elkaar heen. Het is de bedoeling dat deze ‘task force’ alle kritische berichten op digitale platforms checkt en deze doorspeelt aan opsporingsorganisaties. Een soort van NSA dus, maar dan in Europees verband.
In verschillende Europese landen gelden andere maatregelen die terrorisme een halt moeten toeroepen. Maatregelen waar we overigens niet al te opgewonden van raken. Zo registreert Frankrijk meer informatie rondom Arabische gevangenen en kan België legaal tappen en geldstromen bevriezen. Duitsland kan net als Nederland paspoorten innemen en het VK tapt volop internet en mobiele data af. In Spanje worden zo af toe intensieve grenscontroles toegestaan.
Een nieuwe ‘mindset’ is nodig
Vandaag komen uit verschillende landen berichten dat de budgetten voor beveiliging worden verhoogd. Blijkbaar zijn daar bommen en slachtoffers voor nodig, terwijl we deze dreiging al jaren zien aankomen. Geld is niet de oplossing. Het gaat om de ‘mindset’ en het inzicht in het gegeven dat de nieuwe wereld nieuwe talenten en regels kent. En het inzicht dat we moeten breken met het oude om daarvoor iets beters terug te krijgen. Ik wil er alles aan doen om dit in de hoofden van beslissers en beleidsmakers te krijgen. Laat dit artikel een eerste stap zijn. Wie doet er mee?
Lees ook: Terrorisme van de toekomst is een digitale oorlog – deel 2
Lees ook: Terrorisme van de toekomst is een digitale oorlog – deel 1